donderdag 13 februari 2014

Wat gaat kantelen? Wat gaan we oefenen?

Tamelijk onverwacht kon de bibliotheek samen met Udenaar de Toekomst hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans op dinsdag 25 februari 2014 in theater Markant in Uden een spreekbeurt over onze 'kantelende' samenleving laten houden. Én  deze lezing neerzetten als het eerste kantelcollege in de regio Noord Oost Brabant. Een nadeel van deze eerste spreker is echter dat mensen die hem amper kennen waarschijnlijk denken dat Jan Rotmans een duurzaamheids-'goeroe' is. Die alleen daar mee bezig is: Nederland (en de rest van de wereld) duurzamer te maken. Zorgen dat we minder (en uiteindelijk) geen fossiele brandstoffen meer hoeven te verstoken, gebruiken. En dat we naar een samenleving gaan waar we (bijna) alle grondstoffen recyclen.

Maar iedereen die wat meer meer moeite wil doen (bijvoorbeeld 15 minuten kijken naar Tegenlicht Talks), weet dat Jan Rotmans (ook) op het standpunt staat dat er de komende jaren veel meer gaat kantelen.


Er gaat nog veel meer schuiven, kantelen, veranderen
Iedereen kan dagelijks de signalen oppikken.

Crises (meervoud) die maar niet voorbij willen gaan. Waarin we blijven hangen. Alhoewel regeringen in binnen- en buitenland alles op alles zetten om de (groei)motor weer aan de gang te krijgen. Zonder veel succes. Op de een of andere manier zijn burgers in veel landen slimmer als hun regeerders. Kijken de kat uit de boom. Houden hun hand op de knip. Sparen. Lossen af. Hopen dat ze de storm kunnen uitzitten. En sommigen zijn 'iets' anders begonnen. Kleinschalig. Zonder toestemming van een baas of een hoger geplaatst iemand. Begonnen omdat ze het belangrijk vinden. Niet langer op anderen willen wachten, die toch niets doen.

De centrale stelling van Jan Rotmans is dat we in een verandering van tijdperk zitten. Een model dat anderhalve eeuw prima heeft gewerkt, loopt op haar laatste benen. En er komt een nieuw bovendrijven. Langzaamaan. Niet van de ene op de andere dag. Niet tegen te houden. Het proces kan wel geremd worden. Door partijen uit het oude model die zich niet willen of kunnen aanpassen. Gesteund door lobbyisten, journalisten, politici, wetenschappers en anderen die op de een of andere manier belang hebben bij een status quo. We zitten midden in de mêlee. Dagelijks kun je er in de media signalen van opsnuiven. En een Openbare Bibliotheek heeft een mooie taak om mensen in haar werkgebied daarover te informeren. In de breedste zin van het woord. Door haar collectie en daaromheen uiteenlopende activiteiten te organiseren.


20e en 21e eeuws
De groep burgers die begint door te krijgen dat onze bazen, politici en andere beleidsmakers niet weten hoe het verder moet, wordt steeds groter. Weten dat zij met 20e eeuwse methoden de problemen in onze 21e eeuw te lijf gaan. Keren zich van hen af. Niet richting populistische partijen of oplossingen. Nee, zij niet. Zij gaan op zoek naar zinvolle alternatieven. Dat kan van alles zijn. Producten, diensten, samenwerkingsverbanden. En het aantal zal de komende jaren alleen maar toenemen. Ze hopen dat regeringen gaan inzien dat voor 21e eeuwse problemen andere oplossingen moeten worden bedacht. Er geëxperimenteerd moet worden met nieuwe methodes. Ze open (gaan) staan voor change. Niet langer wegvluchten in het benoemen van commissies die 'iets' bestuderen voor de onderste la. Nee, regeerders die begrijpen dat er in ons land overal mensen aan het oefenen zijn. En dat een gemeente, provincie of regering hand- en spandiensten kan leveren, faciliteren, obstakels opruimen, aanjagen, enthousiasmeren. Zover is het nog lang niet. Alhoewel er natuurlijk - en dat hoort ook bij het proces - positieve uitzonderingen zijn. Maar grosso modo hangen de meeste bazen en regeerders aan de handrem. En komen - wellicht verrassend voor velen - de grootste aanjagers uit het bedrijfsleven. Waar échte ondernemers al lang door hebben dat er héél erg veel geld te verdienen valt. Door bedrijven die hun nek uitsteken en als eersten bij deze golf weten aan te sluiten. Alweer jaren geleden bepleitte Mark Rutte als lijsttrekker voor een 'groen rechts' beleid. Maar dat idee heeft hij net als zijn duizend euro voor iedere Nederlander ook laten schieten. Sterker: in het begin van het parlementaire jaar 2013-2014 weigerde hij in de H.J. School-lezing een vergezicht, ideaal of stip de (Nederlandse) horizon te zetten.

Kantelthema's
Hieronder een niet volledige poging onderwerpen op te sommen waar waarschijnlijk 'iets' gaat kantelen. Waarover de komende jaren gepraat zal worden. Moet worden. Binnen en buiten een bepaalde branche of 'tak van sport'. Een debat dat velen aangaat. Waarvoor de bibliotheek sprekers gaat aanzoeken. Kantelcolleges.

Betaald werk
Alhoewel het officiële beleid van alle regeringen er steeds op is gericht om de werkloosheid flink omlaag te brengen, kun je regelmatig heel andere geluiden lezen, opsnuiven. We staan volgens die critici aan de vooravond van het wegvallen van héél erg veel (betaalde) banen. De 'schuldige' of aanjager is - zoals bij heel veel van de aangedragen 'thema's' - de zogenaamde Wet van Moore. Waardoor elke 18-24 maanden de snelheid van computerchips verdubbelt, terwijl de prijs ongeveer gelijk blijft. Deze trend heeft in (bijna) alle 'takken van menselijke sport' gevolgen. Grote gevolgen. Wetenschap en daarmee samenhangende/afgeleide technologie komen in een steeds sneller tempo met nieuwe ontdekkingen, 'dingen' en diensten. Die er wellicht toe leiden dat binnen dertig jaar de helft van de bestaande banen zal vervallen.
Geen probleem, zeggen andere critici, want dit proces van creatieve destructie hoort bij onze samenleving. En mensen die overtollig worden vinden op termijn een ander soort werk. Niemand kan de toekomst voorspellen, maar het is maar zeer de vraag of dat nu ook zal gebeuren.
We staan aan de vooravond van de massale komst van slimme, zelflerende systemen en 'robots'. Die, omdat ze zelflerend/zelfsturend zijn steeds meer menselijk werk kunnen (en waarschijnlijk zullen) overnemen. En er komt misschien een periode dat robots andere robots gaan maken. Dat is het principe van een zelflerend systeem.


Onbetaald werk
Als de hierboven beschreven trend doorzet dan zullen we als samenleving een zéér serieus debat moeten voeren over mensen die geen betaalde baan meer hebben. Hoe geven we ze een inkomen. Blijven we ze achtervolgen met een sollicitatieplicht? Gaan we werk grootschalig herverdelen? Van gemiddeld 36 naar 18 uur per week? Gaan we in onze 'vrije' tijd onbetaald werk verrichten? Dat zinvol is, maar nu blijft liggen? Wordt het begrip 'participatiemaatschappij' niet meer vanuit een money-driven oogmerk over ons uitgestort, maar meer gebracht als een soort moreel appél aan ons allen om in onze overvloedige vrije tijd 'iets' zinvols te doen voor de samenleving. Doet de regering in de toekomst vooral een beroep op onze kennis en passie?

Onderwijs
Een relatieve buitenstaander - want geen onderwijzer, pedagoog, hoogleraar, maar wel een betrokken burger - mengde zich twee jaar geleden in het al jaren durende debat over onderwijs én opvoeding. Deze Seth Godin bepleit in zijn Stop stealing dreams (what is school for?) dat we stoppen met een onderwijssysteem dat onze kinderen klaarstoomt voor banen uit de 20e eeuw. Hij weet dat de tijd dat je tijdens je schoolloopbaan een vak leerde, dat je vervolgens ongeveer veertig jaar kon uitoefenen waarna je tot je dood van een goed pensioen kon genieten uit, over en voorbij is. In de 21e eeuw overheerst onzekerheid. Een van de belangrijkste deugden is dat je over veerkracht beschikt. Om je aan telkens wijzigende omstandigheden aan te passen. Niet meteen bij de pakken neer te gaan zitten als het tegen zit. In staat bij- en om te schakelen. Seth Godin wil dat een kind gedurende zijn schoolloopbaan leert ontdekken waarin hij of zij goed is, wat bij iemand past en met 'dat talent' de rest van  het leven 'iets' zinvols gaat doen. Dan hoef je mensen ook niet zo'n heel erg hoog salaris meer te betalen, want zo'n persoon doet wat bij hem of haar past. Is lekker bezig.

Gezondheid en (veel?) langer leven
Alle signalen wijzen er op dat de gemiddelde leeftijd van mensen overal op de wereld jaar na jaar (voorlopig) zal blijven toenemen. We groeien door naar 9 à 10 miljard mensen. Alhoewel aan de ene kant het gemiddeld aantal kinderen dat een vrouw ter wereld brengt daalt, zal aan de andere kant door de trend dat we met ons allen gemiddeld steeds ouder worden de wereldbevolking toch blijven groeien.
Vooral in onze contreien ontstaat een heel ander soort samenleving. Jonge mensen worden daarin een minderheid. En het percentage 65-plussers (een typisch 20e eeuwse term!) blijft de komende decennia groeien. En wellicht is de 'hoop' dat die bubbel in 2040-2050 voorbij zal zijn wellicht fout. De belangrijkste reden is dat onze (medische) wetenschap steeds meer aandoeningen en slijtages kan verhelpen. Althans er voor zorgen dat we allemaal gemiddeld ouder zullen worden. In april 2013 kwamen enkele onderzoekers in de publiciteit toen ze beweerden dat 'de strijd' tegen kanker de eindfase ingaat. Kanker wordt kort door de bocht geformuleerd een chronische ziekte waarmee je (weer gemiddeld genomen) oud kunt worden. Verder zullen wetenschappers de komende jaren in staat zijn slecht functionerende 'delen' van ons lichaam te vervangen.
Enkele jaren geleden is in Nederland besloten dat we langer moeten doorwerken. An sich is dit besluit begrijpelijk, maar aan de andere kant is het maar zeer de vraag of er wel voldoende werk is voor die steeds groter wordende groep.

Vervoer
De grote verandering is niet dat we overschakelen van auto's die op gas of benzine rijden naar een electrisch aangedreven model. Of wellicht enkele jaren later op waterstof. Waarschijnlijk is het échte katelpunt dat we over enkele jaren gebruik zullen gaan maken van zelfsturende voertuigen. Die je op afroep op het juiste moment op de afgesproken plaats komt ophalen. Indien deze trend doorzet dan zal dit leiden tot een dynamiek die heel veel in onze sameneving zal veranderen. Mensen hoeven thuis 'hun' auto niet meer te stallen (in garage of op een parkeerterrein). Dit soort voertuigen worden ergens in een wijk, buiten het zicht van de bewoners geparkeerd en rijden uit zichzelf naar iemand toe die hen nodig heeft. Wegen kunnen ingekrompen worden, want dit soort auto's kunnen veel efficiënter rijden en vergen minder asfalt. Het verschil tussen platteland en stad zal nog meer als nu vervagen. Als consument bezit je zelf geen voertuig meer, maar betaal je voor het gebruik. Verkeersboetes, tanken bij benzinestations, lekker scheuren op de harde weg, flaneren op de boulevard, je auto zelf wassen en nog veel meer zaken zullen verdwijnen.
Hoogstwaarschijnlijk zal een slimme ondernemer op een stuk land een circuit aanleggen waar je in een ouderwetse auto zelf mag rijden en scheuren.

Ongelijkheid
Enkele jaren geleden begonnen sommige auteurs schoorvoetend te schrijven over dit fenomeen. De laatste maanden is over dit onderwerp heel veel geschreven. En - inschatting - dit zal nog wel even aanhouden. Een belangrijk boek over de steeds groter wordende kloof tussen de (kleine) groep die erg veel inkomen én vermogen heeft versus de steeds groter wordende groep die het met veel minder moet doen (en hoe funest dat is voor een samenleving) verscheen in 2009.

Richard Wilkinson
 en Kate Pickett zijn Britse epidemiologen die onderzoek doen naar de staat van de gezondheid. In hun boek The spirit level : Why equality is better for everyone proberen ze te verklaren waarom sommige landen beter scoren als andere landen. Daartoe verzamelden ze van veel landen openbaar toegankelijke informatie over de meest uiteenlopende zaken die te maken hebben met het menselijk 'welbevinden'. Denk aan het aantal tienermoeders, zelfmoorden, misdadigers, ongeletterden, overgewicht, stress en burn out, gemiddelde leeftijdsverwachting voor mannen en vrouwen, kindersterfte, druggebruik, de status van vrouwen in een samenleving, ontwikkelingshulp enzovoorts. Verder verzamelden ze van alle landen cijfers over de economie, zoals het gemiddelde inkomen, BNP, verdeling van de inkomens (over tien groepen, van arm naar rijk). En voegden daar enquêtes aan toe waarin mensen bevraagd werden over hun welbevinden (vertrouwen in anderen, zich gelukkig voelen).

Onlangs publiceerde Oxfam Novib een rapport (Working for the few : political capture and economic inequality) over dit onderwerp. Een quote uit het persbericht werd door veel kranten en tijdschrijften opgepikt: op deze aarde lopen 85 mensen rond die evenveel geld hebben als de helft van de wereldbevolking. Verder beginnen steeds meer mensen zich te realiseren dat multinationals amper belasting betalen. Banken door ons allen met miljarden euro's zijn gered, maar dat de bonusfeestjes voor sommigen binnen die glanzende paleizen al die tijd vrolijk zijn doorgegaan. Tegelijkertijd  wordt op de welvaartsstaat drastisch bezuinigd en verdwijnen veel belangrijke voorzieningen of leven voort in sterk afgeslankte vorm.

Het is onmogelijk te voorspellen waartoe dit zal leiden, maar voor de hand ligt dat de groep die het meest onder vuur ligt op zeker moment dit beleid zal willen bijstellen, bijsturen.

Reclame
In oktober 2013 verscheen van econoom Henk van Tuinen Ons land kan menselijker : naar een economie die de samenleving verbetert. Een boek dat tot medio februari 2014 in alle Nederlandse kranten en tijdschriften is doodgezwegen. Raar! Het is een vlot geschreven pamflet (174 pagina's). Uitgegeven door een goede uitgever (De Bezige bij). Bevat een mooie analyse van de samenleving waarin we terecht zijn gekomen. En bevat enkele aanbevelingen - en dat is redelijk uniek, want de meeste schrijvers weten prima wat er fout is, maar komen zelden met oplossingen - waarover een debat zou moeten worden gevoerd.

Henk van Tuinen heeft een soort tegenhanger geschreven van een boek van twee Britten, een econoom en filosoof: vader en zoon Robert en Edward Skidelsky. Over hun boek Hoeveel is genoeg? wordt ook amper meer gepraat. Terwijl beide boeken schreeuwen om een maatschappelijk debat.
Kort en krachtig. We zijn sinds de val van 'de Muur' en het communistische systeem in 1989 in een samenleving terecht gekomen waarin het 'neoliberale' model overal de overhand heeft gekregen. Een samenleving waar op bijna alle terreinen van het leven de waarde van 'dingen' in geld wordt uitgedrukt. Een sterke nadruk ligt op meten = weten, protocollen, overal managers opduiken die vakmensen komen vertellen hoe ze hun werk (efficiënter, dus voor minder salaris) moeten doen enzovoorts. Los van het feit dat de werkelijkheid veel complexer is tonen de Skidelskys en Van Tuinen aan dat dit model niet het enige juiste model is. Sterker: ze bepleiten een debat om als samenleving een andere richting in te slaan.

Henk van Tuinen legt in zijn verhaal sterk de nadruk op de alom aanwezige reclame. En noemt nadrukkelijk ook alle pr- en marketingkracht die ons doorlopend bestookt met de meest uiteenlopende 'boodschappen' om dit of dat te doen, te kopen, ervaren enzovoorts.
In zijn ogen moet hierover een debat gevoerd worden want de aarde trekt het gevolg van dit consumeer-geweld niet langer. We worden doorlopend verleid om dit of dat product te kopen, dienst af te nemen. De Skidelskys hebben het over menselijke behoeften (die eindig zijn, want we kunnen niet meer eten als we nodig hebben) en verlangens. En die laatste - verlangens - worden door reclame, pr- en marketing-'producten' oneindig opgezweept. De aarde trekt het niet. Zeker niet als burgers in opkomende landen hetzelfde consumentengedrag gaan vertonen als wij hier in het Westen.


Van Tuinen weet dat het schier onmogelijk zal zijn om 'de reclame' aan banden te leggen. Dus bepleit hij een 'Ontplooiingsfonds' waarmee 'tegen-campagnes' kunnen worden betaald. Dat zijn boek tot nu toe is doodgezwegen in de pers geeft te denken. Voorlopig komt dit fonds er echt niet, maar dit laat onverlet dat zijn analyse wel hout snijdt. Op de een of andere manier zullen we iets moeten bedenken om te voorkomen dat bedrijven, instellingen en organisaties door kunnen gaan onze verlangens naar meer, anders, beter, groter te blijven 'opzwepen'.

Een goed leven
In alle tijden en samenlevingen is hierover door mensen nagedacht. Vroeger was het relatief eenvoudig. Je deed hier beneden op aarde je best, schikte je in je lot (in welk nest of omgeving je werd geboren) en na de dood wachtte een beter leven. Die tijd is voorbij. De meeste mensen willen in het hier en nu een goed leven leiden. Hierover werd de laatste jaren al opvallend veel geschreven, maar het ligt voor de hand om te denken dat dit onderwerp nog meer zal gaan leven.


Alleen zal de definitie van een goed leven gaan verschuiven. Over pakweg twintig jaar werkt een gemiddelde volwassene misschien nog maar vijftien uur per week, worden we gemiddeld 95 jaar oud, is de grens tussen werk en pensioen zeer diffuus geworden, hebben veel mensen in hun leven drie tot vier partners (met daaromheen een hele sliert andere mensen), liggen de gemiddelde inkomens van de meeste mensen dichter bij elkaar, leven we weliswaar nog steeds in een bepaalde regio maar die maakt wel deel uit van een groot Europa en zit er een 'wereldregering' aan te komen. Zijn alom robots en zelflerende systemen voor ons aan het werk.
In zo'n samenleving is wellicht de belangrijkste vraag wat we in onze 'vrije tijd' gaan doen. Zeven dagen in de week tv kijken, games spelen? Of 'iets' anders?

Singulariteit
In 2005 verscheen van de Amerikaanse onderzoeker en ondernemer Raymund Kurzweil het boek De singulariteit is nabij : het moment waarop de mensheid de grenzen van de biologie ontstijgt. Een revolutionair boek. Dat door veel wetenschappers en critici weggezet wordt als science fiction. Hij beschrijft een ontwikkeling die wellicht ooit realiteit zou kunnen worden: eeuwig leven. Als mens. Niet als een fictief persoon zoals madame Bovary of Donald Duck. Nee, Kurzweil meent te weten dat tegen 2045-2050 de mens in staat zal zijn een brein up te loaden naar een computer of 'de cloud'. Alle gedachten en informatie die in onze hersenen ligt opgeslagen over te zetten naar een systeem, dat wél eeuwig kan blijven bestaan.

Dat moment noemt hij de singulariteit. En daaraan zit nog een andere dimensie, die voor nog grotere veranderingen zal zorgen. Een geüpload brein kan in de tweede helft van de21e eeuw in zijn ogen dan gekoppeld worden aan een ander geüpload brein. En dan gaan die twee 'mensen' samen denken; of vier, acht, zestien, 32. Deze getallen vormen natuurlijk een zogenaamde exponentiële reeks. Een begrip dat in dit boek en zijn denken centraal staat. De wetenschap en daarvan afgeleide technologie zit door de eerder genoemde Wet van Moore op zo'n exponentiële koers. De tijd dat ontwikkelingen zich lineair voltrokken (groeien, maar heel geleidelijk) is voorbij. We zitten in de visie van Ray Kurzweil (en ene Kevin Kelly) in een andere fase. Waardoor veranderingen steeds sneller op ons af zullen komen. En onze kantelende samenleving nog meer onder druk zal komen te staan.

Een manier om dit te bezien: zelfs als een kwart waar wordt van hetgeen Kurzweil aandraagt, dan nog zullen de veranderingen immens zijn.


Nieuw Nederland
Onder deze kop presenteerde De Correspondent, het digitale 'nieuws'-platform, op donderdag 6 februari 2014 een nieuw project. Dat twaalf maanden gaat lopen. In die periode zal correspondent Jelle Brandt Corstius in twaalf provincies verslag doen van lokale 'oefenaars' of 'kantelaars'. In die twaalf maanden zal hij deze transitie-minded mensen, bedrijven, instellingen of organisaties 'aanvliegen' vanuit twaalf thema's. Die twaalf thema's zijn: Energie - Financiën - Liefde - Media - Onderwijs - Ouderen - Religie - Ruimte - Sociale cohesie - Voedsel - Water - Zorg. Enkele thema's zijn hierboven ook aangestipt.

De conclusie aan het eind van dit lange artikel moet zijn dat er de komende jaren weinig terreinen van ons menselijk doen en laten zijn waar niets gaat veranderen. Fasten your seatbelts.



En de politiek?

Leidt ze dit dit proces? Staan ze voorop? Komen ze met verrassende voorstellen? Buitelen de heren en dames over elkaar heen met nóg een idee, suggestie?
Of is eerder het tegendeel het geval? Initiëren ze niets? Blijven ze 'hangen' in het oude model? Opgesloten in hun polder?
Een belangrijk karakter van 'ons' kantelen en oefenen is dat het (vooral) van onderaf zal opkomen, ontstaan. En als die aanname klopt dan heeft 'de politiek' ook niet zo veel te zoeken in die frontlinie. Maar moet ze zich beperken tot faciliteren, voorwaarden scheppen, obstakels wegruimen. Alle kantelaars en oefenaars niet té vervelend voor de voeten lopen. Zich realiseren dat er in de komende jaren, decennia verschillende partijen een stapje opzij moeten doen. Partijen die nu nog (vaak) tegen de gevestigde belangen én politiek 'aanschurken'.
Of ons politiek systeem op de schop moet is maar zeer de vraag. Aan de andere kant is het ook niet verkeerd als ons politieke model kritisch onder de loep wordt genomen. Twee namen die zich nadrukkelijk in Nederland in het debat mengen zijn socioloog Willem Schinkel en de Belgische publicist David van Reybrouck (die een pleidooi houdt voor een systeem waarin voor sommige posities niet langer gestemd maar geloot wordt).


Optimisme, hoop en vertrouwen
Bijzonder is dat de meeste hier aangehaalde personen redelijk positief over de toekomst zijn. Er gaat veel veranderen, maar waarschijnlijk komen we er als mensheid beter uit. Dat is kort samengevat hun houding. In Nederland is de jonge historicus Rutger Bregman wellicht het symbool van deze houding. In zijn boek De geschiedenis van de vooruitgang en in zijn artikelen op De Correspondent beschrijft hij alle veranderingen die op ons afkomen. En poneert als Correspondent Vooruitgang regelmatig onderwerpen die schreeuwen om een maatschappelijk debat. Dat dit tot nu toe amper van de grond komt ligt niet aan hem, maar aan (te?) veel politici, journalisten en andere 'meningsvormers' die blijven hangen in de 20e eeuw. Toch is een voorzichtige slotconclusie dat dit debat over alle hier aangedragen thema's niet valt tegen te houden. En Rutger Bregman, noch vele anderen zullen niet nalaten om hun omgeving er van te blijven doordringen dat we hierover met elkaar in gesprek moeten komen. Zij bezitten genoeg veerkracht om door te blijven gaan. Zij willen Oefenen voor een andere tijd.

Tegenlicht zondag 23 maart 2013
Op zondag 23 februari 2014 is Rutger Bregman de hoofdgast in Tegenlicht: De terugkeer van de utopie.
Aan de hand van beeldfragmenten zal hij zijn verhaal vertellen.

Deze uitzending komt (bijna) tien jaar nadat een andere jongeman hetzelfde deed: op (schrikkelzondag) 29-2-2004 vertelde (de toen nog onbekende) filosoof Ad Verbrugge over Bevangen in vrijheid. Een analyse van de toenmalige tijdgeest. Bijzonder dat  tien jaar later Tegenlicht Rutger Bregman heeft benaderd om hetzelfde te doen. Wat speelt er nu, en wat gaat spelen.

(maandag 17 februari 2014)
Hans van Duijnhoven

Geen opmerkingen:

Een reactie posten